Heilzame Aarde Flyer

Nr. 33 – september 2024 

’Het belang van zelfvoorziening en een lokale horizontale voedselketen’.

 

Dit jaar is het 145 jaar geleden dat de tijdgeest Michaël is aangetreden. Concreet betekent dit dat we kunnen werken aan een aantal motieven en deugden die mensen om ons heen reeds merkbaar vaker ter hand nemen. Vooral nu de maatschappelijke crisis mondiaal om ons heen grijpt, spreken meer mensen over spirituele waarden en tracht men het gedachtegoed te verrijken met diepere inzichten. Een wereldwijde begeestiging lijkt mensen in alle uithoeken van de wereld te inspireren. Maar met terughoudendheid wordt de maatschappij er niet beter op. Met radicale overredingskracht komen we ook niet verder. Een balans zoeken tussen passiviteit en activiteit verbindt uitersten die tegenstellingen in evenwicht kunnen brengen. Worden we niet geïnspireerd door mensen die originele ideeën realiseren en er tegelijk een tolerante houding op nahouden? 

Het is belangrijk egoïsme te overkomen en tegelijkertijd het ego of zelfbewustzijn te sterken. Werken aan een nieuwe relatie tussen de wereld en jezelf verfrist het levenslot. Activeer de ander maar overstraal hem of haar daarbij niet. Toon medeleven aan de ander en de natuur en dobber samen voort op een nieuwe golf van vernieuwing. Laat het levensschenkende licht tot in jezelf dalen en laat het uitstromen in de wereld om je heen.

 Wat betekent dat voor de hedendaagse boer en iedereen die deelneemt aan de voedselketen? Om hierbinnen heilzaamheid te bevorderen kunnen we kruidenplanten als zinnebeeld gebruiken. Geneeskrachtige kruiden, waaronder ook keukenkruiden zoals tijm en rozemarijn, vertonen vaak een houtachtige stengel waarmee ze aarden in de bodem. Daarbij laten ze hun verbintenis met lucht en licht merken door hun opmerkelijke aroma’s. Een meer evenwichtigere relatie van planten tussen hemel en aarde kennen we haast niet. De balans in de kruiden kan de mens aansporen evenwicht aan te helpen brengen tussen hemzelf en de wereld. 

 De maatschappij zou best wel wat terughoudendheid mogen betrachten jegens de boeren. Hij heeft zijn traditionele gemengde landbouwbedrijf ontmanteld en is gaan luisteren naar de eisen van de voedsel- en landbouwindustrie waarachter het geldwezen schuilt. Ook de politiek heeft uit naam van de economie de boer gedwongen concessies te doen naar de natuur en heeft regels opgedrongen die steeds hogere productie dienden. De natuurwetenschap overstraalt al geruime tijd de traditionele kennis van de boer.

De voedselketen kan weer gezond worden als de boer, de handelaar, de verwerker en de consument betere afspraken gaan maken over wat de natuur aankan en wat de mensen werkelijk nodig hebben in hun keuken. De traditionele, biodiverse en veelal zelfvoorzienende boerderij kon hier ooit voor instaan. Hier is de ecologische beweging in aanvang op gebaseerd. Met de houding van zelfverrijking binnen de globalistische voedselketen komen we niet verder. Dit leidt tot een verdere verzieking en zelfs de dood van de mens en zijn leefomgeving.

 Enkele duizenden jaren heeft de mensheid gewerkt aan de ontwikkeling van het zogenaamde bedrijfs-organisme, waarbinnen de grond, de gewassen, de boerderijdieren en de mens zelf in evenwicht werden gebracht. Er was zelfs sprake van een balans tussen hogere krachten en aardse krachten. Denk maar aan het beeld van de helende kruidenplanten. De mens heeft geleerd de vier natuurrijken naar elkaar te brengen binnen dit levende organisme: de traditionele boerderij. De zelfvoorziening van de plattelandsgemeenschappen overtrof de handel in het leveren van landbouwproducten buiten de lokale regio’s. Het gemengde landbouwbedrijf was een cultureel meesterwerk dat met creatieve wilskracht heeft plaats kunnen vinden.

Het gedurende de laatste vijfhonderd jaar ontstane rationele natuurwetenschappelijke denken heeft mede de ambachtelijke kant van het boerenwerk doen inboeten. Stapsgewijs heeft de technologie zijn intrede gemaakt binnen het boerenbestaan en nam toenemend de overhand. De ontwikkelde mechanisatie verlichtte weliswaar de zware arbeid van de landarbeiders. De min of meer zelfvoorzienende landbouw ging steeds meer de richting uit van productie voor de wijde omgeving plus de groeiende steden. Daarbij is het kwaliteitsverschil tussen het traditionele landbouwbedrijf en de moderne landbouwindustrie onmiskenbaar groot geworden. De industriële landbouw produceert meer kwantiteit, maar hoeveel overproductie, afvalbergen en distributieproblemen heeft de geschiedenis al niet laten zien zowel onder kapitalistisch alsook communistisch bewind? Het gemengde bedrijf was altijd min of meer een gesloten ecologisch systeem, terwijl de moderne landbouw afhankelijk is van een enorme input van energie, zaaizaad, mest en bestrijdingsmiddelen, subsidies en leningen en ideeën uit de technowereld. De politiek tyraniseert de landbouw ter wille van de grootschalige voedselindustrie. Dit kan zo niet blijven voortduren.

Gedurende de jaren 1970 kwam E.F. Schumacher met zijn ‘Small is Beautiful. A Study of Economics as if People Mattered’, (‘Hoe kleiner hoe beter’) naar voren en stelde voor om voor de regio’s buiten het Westen het begrip Intermediate Technology te integreren. Dit was een keyword tijdens mijn studies Rural Development aan Emerson College eind jaren 1980.

Dit geldt nog steeds als een goed idee voor de regio waar Thiru Valagum Farm zich bevindt. Aan de ene kant is het zaak de plattelandsbevolking zo veel mogelijk betrokken te houden in de voedselproductie. Aan de andere kant kan het nuttig blijken om nieuwe technologieën te introduceren binnen de landbouw. Beide processen zijn wat ons betreft ook gaande, maar het lijkt erop dat de dorpelingen worden overtroefd door het zich op het platteland opdringende economische gewin van de industrialisten. Helaas hebben landen zoals India sterk te maken met een gebroken arbeidsmoraal onder de bevolking, waarbij de handelaren en verwerkers binnen de landbouw- en voedselindustrie uit winstbejag het platteland overdonderen.

Al ruim twintig jaar werken we aan het concept van het levende bedrijfs-organisme, dat inderdaad steeds meer gestalte krijgt. Nu is het zaak dat we vol goede moed de lokale en regionale handelaren en verwerkers verder ervan zouden moeten kunnen overtuigen steeds meer te gaan kiezen voor een horizontale productieketen tussen de boer en de consument. Dit betekent dat men open zou moeten staan voor schappelijke prijsafspraken en meer duidelijkheid over de werkelijke voedselbehoeften binnen de regio. We werken verder aan een beroep te doen op het hart en de wil van ieder die deelneemt aan de voedselketen waarbinnen Thiru Valagum Farm een gezondmakende rol in wenst te blijven spelen. We zijn ook betrokken bij een directe boer-klantrelatie en leveren van tijd tot tijd aan de groentemarkt. We zullen zien, want ook India kiest voor een technologische revolutie en stelt de mens hierin niet echt voorop. Met vurige Michaëlische moed werken we echter verder aan een heilzame impuls die ons zo lief is.

Hartelijke groet vanuit India namens Stichting Thiru Valagum Farm en de boerderij,         

Gerrit Impens.